Afschaffen melkquotum maakt van heel Nederland een mestvaalt

25 september 2013

Afschaffen melkquotum maakt van heel Nederland een mestvaalt

In Nederland dreigt een groot mestoverschot te ontstaan als het melkquotum en de dierrechten worden afgeschaft in 2015. Boeren breiden hun veestapel dan namelijk fors uit. Een enorm risico voor natuur, milieu en gezondheid. Middels een ingezonden artikel naar diverse kranten maken verschillende natuur- en milieufederaties hun zorgen kenbaar. Het artikel is ondertekend door: Volkert Vintges, directeur van de Gelderse Natuur en Milieufederatie, Nol Verdaasdonk, directeur van de Brabantse Milieufederatie. Hans Heijnen, directeur van Milieufederatie Limburg, Sijas Akkerman, teamleider voedsel bij Natuur & Milieu en Hans Berkhuizen, directeur van Milieudefensie. Nu volgt het ingezonden artikel.

Staatssecretaris Dijksma en de Tweede Kamer nemen binnenkort een besluit over het vrijgeven van het aantal varkens, kippen en koeien in Nederland. Het besluit hangt samen met het afschaffen van het melkquotum en de dierrechten. Beide regelingen zorgden ervoor dat er niet meer vee bijkwam in Nederland. Nu al telt Nederland zo’n 12 miljoen varkens, bijna 100 miljoen kippen en zo’n 4 miljoen runderen waarvan 2 miljoen melkkoeien (2012, CBS). Prognoses van onder andere adviesbureau Arcades en de Provincie Brabant laten zien dat de veestapel in 2015 met tot 20% zal groeien.

Een nog grotere veestapel zorgt voor nog meer mest in Nederland. Een teveel aan mest is ongezond voor de natuur. Meer dan de helft van onze sloten, meren en kanalen is er mee vervuild, wat leidt tot vervuiling van drinkwater. De dampen uit mest, zoals ammoniak, komen in natuurgebieden terecht. Het gevolg: brandnetels en pijpestro in plaats van bloeiende heide of bosanemonen.

Meer vee betekent niet alleen meer mest maar ook meer milieubelasting door stank, ammoniak, fijn stof en broeikasgassen. Terwijl juist een veel lagere uitstoot nodig is om schade aan gezondheid, milieu en natuur te voorkomen. Meer vee in nog grotere concentraties dan nu al het geval is betekent tevens grotere risico’s voor de gezondheid van mens en dier. Denk maar aan dierziekten zoals de varkenspest, de MKZ, de vogelgriep en Q-koorts. Maar ook het  gebruik van veel antibiotica vormt een groot risico voor de volksgezondheid. Opmerkelijk genoeg hebben we eind jaren 90 honderden miljoenen uitgegeven aan het opkopen van dierrechten om de varkensstapel juist te verminderen. Dat geld is weggegooid als we nu het aantal dieren weer vrijgeven.

LTO
Het voorstel van LTO, om de mest daarom in grote mestfabrieken te verwerken, is een mooie eerste stap maar zet nog te weinig zoden aan de dijk. Mestverwerking is technisch zeer ingewikkeld, duur en kost veel energie omdat het gescheiden en gedroogd moet worden. De miljoenen subsidies die hieraan zijn besteed, zijn hierdoor vooralsnog weggegooid geld.

Bovendien zorgt mestverwerking niet voor verdwijning van mest, maar splitst het in deelproducten die nog steeds moeten worden afgezet. Bij voorkeur in het buitenland. Maar de druivenkwekers en akkerbouwers in Frankrijk zitten echt niet op onze mest te wachten. Tenslotte veroorzaken mestverwerkingsinstallaties veel stankoverlast. Juist een toename van de nationale veestapel zal veel extra mestverwerkingsinstallaties vergen, met nu al de nodige weerstand onder de bevolking.

Een legertje ambtenaren is al sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw druk met het  controleren en handhaven van de mestregels. Nog meer vee en meer mest zal deze last en de kosten alleen maar vergroten. Ondanks dat maar een zeer klein deel van de bedrijven gecontroleerd wordt, zijn overtredingen aan de orde van de dag en worden regelmatig ernstige fraudezaken geconstateerd, bijvoorbeeld in de mesthandel. Staatssecretaris Mansveld treed hier echter nauwelijks tegen op en gaf in een debat over mestwetgeving zelfs aan ‘niet zo van de boetes te zijn’.

Politieke moed
Voor de leefbaarheid en gezondheid van Nederland is het te hopen dat Staatssecretaris Dijksma de politieke moed heeft om de melkquota en de dierrechten niet af te schaffen. Want allen door het aantal koeien, varkens, kippen en geiten in Nederland met wetgeving te maximeren blijft Nederland leefbaar en gezond. Voor de economische positie van de sector zelf is een beperking van het aantal dieren ook beter. De strategie van zo veel mogelijk vlees produceren tegen zo laag mogelijke kosten werkt niet meer. Juist door minder, maar veilige en duurzame producten te maken kunnen boeren weer geld verdienen. Keten Duurzaam Varkensvlees, Rondeel en Beemster Kaas bewijzen dat.

Volkert Vintges, directeur van de Gelderse Natuur en Milieufederatie
Nol Verdaasdonk, directeur van de Brabantse Milieufederatie
Hans Heijnen, directeur van Milieufederatie Limburg
Sijas Akkerman, teamleider voedsel bij Natuur & Milieu
Hans Berkhuizen, directeur van Milieudefensie.